Goed uit elkaar: dat is wel het minste!
Balanceren op een dun koord
Arbeidsrecht is erg boeiend, maar dan vooral vanaf de zijlijn. Als werknemer valt het niet mee. Het heeft meer van balanceren op een dun koord al dan niet boven een ravijn. Een evenwichtsstok in de vorm van een jurist kan dan zeker geen kwaad.
De werkgever wil niet meer
Als jurist van ‘t Recht stond ik enige tijd geleden een werknemer bij. Zo vanuit het niets vond de werkgever dat hij maar moest vertrekken. Eigenlijk functioneerde hij niet zo goed, dat begreep hij zelf toch ook wel. Nee, dat begreep hij niet. Hij had zich met behulp van een advocaat verzet, maar het eind van het liedje is altijd hetzelfde: aan het dienstverband komt een eind. De arbeidsverhoudingen waren verstoord. Werkende bij de Ombudsman heb ik het ook te vaak gezien.
Een procedure bij de kantonrechter
Voor het laatste gedeelte van het traject werd ik gevraagd. Je probeert dan nog er zo veel mogelijk uit te halen in de onderhandelingen met de werkgever, je wilt het recht op ww veiligstellen, je moet rekening houden met de wettelijke opzegtermijn (anders krijg je geen of pas later ww) en tegelijkertijd heeft de werkgever (overheid) ook belangen. Dat is dus balanceren.
Onder tijdsdruk werd onderhandeld en kort voor het einde van de maand werd overeenstemming bereikt. Besloten werd het ontslag via de rechter te laten lopen. Dus alles moest nog snel goed op papier gezet en voor het einde van de maand ingediend bij de kantonrechter. De werkgever een verzoekschrift, ik namens cliënt een verweerschrift. Een enkele dag later hakte de rechter de knoop door. Die hoeft dan ook niet te balanceren.
Goed uit elkaar: het meest, maar ook het minst haalbare
De werknemer heeft een fatsoenlijke ontslagvergoeding en ww, maar ergens blijft het knagen, je baan ben je kwijt. Behoud van de baan is daarom altijd mijn insteek en ik blijf het liefst op de achtergrond, maar als het moet, gaan we voor uw recht.